Booronderzoek Algemeen
Vanuit verschillende vakgebieden kan een K-waarde gewenst zijn. De K-waarde is in principe een interpretatie van waarnemingen of analyses. Zo kan men vanuit de boormonsterbeschrijving aan de hand van de waarnemingen van de fractie- en korrelgrootte indeling een vertaling maken naar een K-waarde, maar men kan ook een doorlatendheidsbepaling uitvoeren in een laboratorium waarmee een K-waarde bepaald kan worden. De waargenomen aspecten worden dus opgenomen in de BRO en de interpretatie daarvan is aan de gebruiker. De K-waarde zelf wordt dus niet opgenomen in de BRO.
In principe moet al het onderzoek aan 1 boring onder 1 booronderzoek in de BRO opgenomen worden. Alle informatie uit de deelonderzoeken vallen dus onder dat ene booronderzoek en hoeven maar 1x aan de BRO aangeleverd te worden.
In bijzondere gevallen, bijvoorbeeld als een deel van het booronderzoek wordt uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van een andere bronhouder, wordt het als een apart booronderzoek aangeleverd. De definitie van een booronderzoek voor de BRO is namelijk dat het gaat om onderzoek met een grondboring op 1 locatie onder de verantwoordelijkheid en in opdracht van 1 bronhouder.
Profielen in de zin van dwarsdoorsneden in de ondergrond zijn niet opgenomen in de BRO. De profielenbeschrijvingen zoals een boorprofiel binnen het booronderzoek of een wandbeschrijving bij een wandonderzoek in bijvoorbeeld een profielkuil, zijn wel opgenomen in de BRO.
Dit is afhankelijk vanuit welk doel de peilbuis en met name het booronderzoek wordt uitgevoerd. Het type booronderzoek bepaalt namelijk of het aangeleverd moet worden. Het type booronderzoek wordt onderscheiden in vakgebieden. Veelal wordt er een toegepast geologisch of een geotechnisch booronderzoek uitgevoerd als men een peilbuis plaatst. Een geotechnisch moet in ieder geval worden aangeleverd aan de BRO. Toegepast geologisch onderzoek wordt mogelijk later opgenomen in de BRO.
Als u bijvoorbeeld een grondwatermonitoringput, brandput, onttrekkingsput, WKO-installatie of iets anders maakt, moet je een buis of andere onderdelen in de ondergrond plaatsen. Dat is de constructie.
Om zo’n constructie in de ondergrond te plaatsen is in de meeste gevallen een boorgat nodig. De onderzoeksgegevens uit dat boorgat bieden inzicht in de opbouw van de ondergrond. Deze boorbeschrijving valt onder het registratieobject Booronderzoek (BHR). Met die gegevens kan de constructie zo goed mogelijk en volgens voorschriften worden ingericht.
Als extra informatie over de ondergrond nodig is, maak je - afhankelijk van wat je precies wilt weten - een keuze uit een bepaald soort booronderzoek oftewel het vakgebied.
De gegevens van de constructies zelf vallen onder andere registratieobjecten: een grondwatermonitoringput of een grondwatergebruiksysteem. De gegevens van een grondwatergebruiksysteem kunnen vanaf medio 2022 in de BRO.
De constructie en het booronderzoek zijn in de BRO dus 2 verschillende registratieobjecten.
Om het aanleveren van gegevens uit booronderzoek makkelijker te maken, is een overzicht gemaakt waarbij de apparaten die in het veld gebruikt worden om te boren en te bemonsteren gekoppeld worden aan wat in de Basisregistratie Ondergrond 'boortechniek' en 'bemonsteringsmethode' wordt genoemd. Je vindt deze informatie in de handreiking 'Boor- en monstertechniek en monsterkwaliteit'.
Het Programmabureau BRO heeft na zorgvuldig afwegen besloten dat dit voorlopig niet op de planning staat. Dat betekent dat het wordt overgelaten aan de markt om hier zelf iets voor te ontwikkelen.
In het verleden was GEF de norm. Voor de BRO moeten de gegevens aangeleverd worden in IMBRO/XML. Vraag jouw dataleverancier of een andere marktpartij of zij de gegevens van geotechnische sondeeronderzoek naar het juiste formaat voor de BRO kunnen omzetten en aanleveren via het Bronhouderportaal.
Het Programmabureau BRO heeft destijds een converter laten ontwikkelen waarmee GEF-bestanden (versie 1.1.3, dit is een versie specifiek voor de BRO) kunnen worden geconverteerd naar IMBRO XML, die vervolgens kunnen worden aangeleverd aan het Bronhouderportaal. De converter is een standalone Windowsapplicatie met een gebruiksvriendelijke interface.
De converter is gerealiseerd door Fugro in afstemming met de VOTB, en is gebaseerd op opensource broncode die is ontwikkeld door TNO. Deze broncode is ook gepubliceerd op GitHub. De broncode ondersteunt de publiek beschikbare BRO XSD schema’s. Bedrijven die de converter willen gaan gebruiken, kunnen hiervoor contact opnemen met de BRO Servicedesk.
Omdat er steeds meer software is waarmee de gegevens in XML aangeleverd kunnen worden, wordt de GEF-converter inmiddels niet meer ondersteund en geüpgraded. De software blijft in de versie zoals die nu is, beschikbaar via GitHub. Lees meer over deze extra tooling via Github bij de instructie voor het aanleveren van gegevens van Geotechnisch sondeeronderzoek.