Aanleverplicht uitgelegd: bodem en ondergrond

Er leven bij gemeenten en leveranciers vragen over de leverplicht van de BRO. Op deze pagina wordt uitgelegd hoe je weet wat je moet aanleveren voor het domein ‘Bodem en ondergrond’ van de BRO.

Gegevens die gaan over het gebruik van grondwater horen bij het BRO-domein Grondwatergebruik. Lees daarover meer bij grondwatergebruik en het aanleveren via het LGR. Voor het domein Grondwatermonitoring is er ook een uitleg voor gemeenten. De uitleg voor het domein Milieukwaliteit volgt later.

Bodem en ondergrond

Kort gezegd betekent de leverplicht het volgende: een bestuursorgaan moet BRO-gegevens aanleveren aan de Basisregistratie Ondergrond als gegevens uit naam van deze bronhouder wordt ingewonnen bij de uitvoering van een publieke taak.

De leverplicht brengt namelijk met zich mee dat de gegevens zowel inhoudelijk als technisch moeten voldoen aan de BRO standaarden. Bij oudere gegevens is het bijvoorbeeld in sommige situaties niet meer mogelijk om daaraan te voldoen. De wet Bro, die het hergebruik van ondergrondgegevens wil stimuleren, doet dan een beroep op deskundigheid van de bestuursorganen: als de hergebruikswaarde van de gegevens opweegt tegen de registratie-inspanningen is het verstandig om die gegevens wel aan te leveren.

Wat bepaalt de leverplicht?

In het domein Bodem en ondergrond wordt de leverplicht bepaald door drie aspecten: de rol die de gemeente heeft in het proces waarbij de gegevens ontstaan, de (wettelijke) taak die de gemeente daarbij heeft en tot slot het soort ondergrondgegeven. Allereerst moet de gemeente goed kijken naar de rol en de wettelijke taak: ben je bevoegd gezag en/of opdrachtgever. Hieronder lichten we dat toe. Daarna gaan we in op de soorten bodem- en grondonderzoek.

De rol die de gemeente heeft

Een gemeente kan vanuit meerdere rollen de beschikking krijgen over ondergrondgegevens. Hieronder staan ze beschreven.

A. Bevoegd gezag

De gemeente ‘ontvangt’ ondergrondgegevens van derden in een vergunnings/meldingstraject of in het toets/handhavingstraject. Deze trajecten worden soms binnen de gemeente uitgevoerd, maar vaak is het uitbesteed aan omgevingsdiensten. Ook als de gegevens in behandeling worden genomen door een omgevingsdienst, geldt de leverplicht. De gemeente is ervoor verantwoordelijk om met de omgevingsdienst afspraken te maken over aanlevering aan de BRO. De gemeente blijft ervoor verantwoordelijk dat de gegevens waarvoor een aanleverplicht geldt worden aangeleverd. Via het contract met de opdrachtnemer kan het aanleveren worden uitbesteed aan de opdrachtnemer.

Vier extra aandachtspunten:

  1. Boor- en sondeeronderzoek in het kader van bouwvergunningen (om de wijze van funderen te bepalen): hiervan is de gemeente ook bevoegd gezag, maar deze gegevens vallen niet onder de leverplicht van de BRO.
  2. Boor- en sondeeronderzoek dat wordt uitgevoerd om de mate van vervuiling te bepalen, ook wel milieuhygiënisch bodemonderzoek (SAD) hoort bij het domein Milieukwaliteit en moeten aangeleverd gaan worden bij de BRO.
  3. Bodemonderzoek in het kader van bodemenergiesystemen of bijvoorbeeld bodemonderzoek het kader van een grondwatermonitoringput, waarbij de gemeente het bevoegd gezag is: deze gegevens moeten gemeenten aanleveren bij de BRO. Kijk voor meer informatie bij de uitleg voor gemeentes voor het domein Grondwatermonitoring of lees de uitleg bij het domein Grondwatergebruik.
  4. Gegevens van gesloten bodemenergiesystemen (GBES, ook wel bodemwarmtewisselaars) vallen onder het domein Grondwatergebruik en moeten aangeleverd worden aan de BRO (via het LGR). Hele grote bodemenergiesystemen vallen niet onder het bevoegd gezag van gemeenten, maar onder het bevoegd gezag van de provincie.

B. Opdrachtgever

De gemeente geeft opdracht voor een onderzoeks- of uitvoeringsproject/ beheertaak in het kader van een (wettelijke) publiekstaak waarbij gegevens van de ondergrond worden ingewonnen/geproduceerd. Ook als het werk wordt uitgevoerd door een derde partij, bijvoorbeeld een adviesbureau, aannemer of onderaannemer, geldt de leverplicht. De gemeente blijft ervoor verantwoordelijk dat de gegevens waarvoor een aanleverplicht geldt worden aangeleverd. Via het contract met de opdrachtnemer kan het aanleveren worden uitbesteed aan de opdrachtnemer.

Drie extra aandachtspunten:

  1. Bij een gemeentelijk project of taak is niet altijd duidelijk dat ondergrondgegevens worden ingewonnen. Ook komen de gegevens soms in rapportvorm bij de gemeente, waarbij de organisatie aan wie een bronhouder een opdracht verstrekt geen wettelijke leverplicht heeft. Het is daarom aan te raden om te zorgen dat in het contract staat dat BRO-plichtige gegevens worden aangeleverd. Een ondergrondexpert van gemeente moet bijvoorbeeld toezien dat die ook daadwerkelijk aangeleverd worden. Een andere mogelijkheid is dat deze verplichting wordt vastgelegd in een standaard bestek dat je bij opdrachtverlening gebruikt.
  2. Als een gemeente samenwerkt of bijvoorbeeld subsidieverstrekker is, is soms niet meteen duidelijk wie de plicht heeft BRO-gegevens aan te leveren. Deze cases kunnen dan verheldering geven.
  3. De leverplicht van ondergrondgegevens die ontstaan bij gemeentelijke projecten en beheertaken focussen hier op het domein bodem en grondonderzoek. Voor gemeentelijke projecten en beheertaken rondom grondwatermonitoring en de aanleverplicht verwijzen we naar de andere uitlegpagina over grondwatermonitoring.

Soorten bodem- en grondonderzoek

De soorten bodem- en grondonderzoek zijn ingedeeld op vakgebied. Vanuit een vakgebied heeft men namelijk een specifieke reden (en expertise) om onderzoek te doen en bepaalde gegevens te verzamelen. De BRO hanteert daarom ook vakgebieden bij bodem- en grondonderzoek; al zijn niet alle soorten onderzoeken opgenomen in de BRO. Voor gemeenten zijn voor het BRO-domein bodem en ondergrond dit de relevante registratieobjecten: