Milieukwaliteit

Overal waar professionele graafwerkzaamheden plaatsvinden, is milieukwaliteit aan de orde. Allereerst moeten degenen die graven weten waaraan zij al dan niet blootgesteld worden (ARBO-wetgeving). Maar het is ook belangrijk te weten hoe het staat met de milieukwaliteit van bodem en ondergrond als je plannen maakt voor bijvoorbeeld woningbouw, klimaatadaptatie en energietransitie. Ook daarbij wordt veel gegraven. En dan wil je weten waar het schoon is en je kunt bouwen en graven of waar de grond vervuild is en je eerst maatregelen moet treffen. Ook moet je weten wat je moet doen met de grond die vrijkomt bij werkzaamheden. Daarom wordt er veel milieuhygiënisch bodemonderzoek gedaan.

Domein_Milieukwaliteit

In het domein Milieukwaliteit van de BRO staan de bodemonderzoeken centraal waarmee de milieuhygiënische bodemkwaliteit in Nederland wordt bepaald. Met deze bodemonderzoeken wordt de bodem (grond en grondwater) onderzocht op de aanwezigheid van verontreinigende chemische stoffen. Dit domein bevat informatie over de landbodem, drogere oevergebieden en het grondwater. De waterbodem valt buiten de scope.

Onderzoek

Voor bijvoorbeeld de aanvraag van een bouw- of milieuvergunning, is inzicht in de bodemkwaliteit verplicht. Ook bij aan- en verkooptransacties wordt vaak Milieuhygiënisch bodemonderzoek gedaan. Zo krijgt de potentiële koper een goed beeld van de aanwezige risico's en de beperkingen in het gebruik van de bodem voor het doel van de locatie. Ook kan op basis van het bodemonderzoek een inschatting gemaakt worden van de eventuele kosten voor bodemsanering.

Op basis van het onderzoeksresultaat wordt vervolgens een melding gedaan en/of vergunning aangevraagd. De melding wordt beoordeeld door een bevoegd gezag om na te gaan of bepaalde activiteiten mogen worden uitgevoerd op de onderzoekslocatie, of er gegraven of gebouwd mag worden. In sommige gevallen wordt door het bevoegd gezag in het kader van Wet bodembescherming (Wbb) een beschikking afgegeven over bijvoorbeeld omvang en aanpak van een (geval van) bodemverontreiniging.

Aanpak

Het registratieobject Milieuhygiënisch Bodemonderzoek focust eerst op bestaande digitaal beschikbare datasets. Daarna is het verzamelen van nieuw ontstane informatie over de milieukwaliteit van bodem en ondergrond aan de beurt. Voor het object Overheidsbesluit Bodemverontreiniging pakken we bestaande (IMBRO/A) en nieuwe informatie (IMBRO) in samenhang op. Zo kunnen we goed aansluiten op ontwikkelingen als de ingang van de Omgevingswet. De nieuwe en bestaande verzamelde datasets bieden samen een volledig inzicht in de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem. De registratie van PFAS-stoffen zal hier onderdeel van uitmaken.

De registratieobjecten

Bij dit domein horen twee registratieobjecten:

  • Milieuhygiënisch bodemonderzoek (SAD – Site Assessment Data)
    Het kwantitatieve onderzoek naar de aard en gehalten van stoffen in de bodem met als doel vast te stellen of er sprake is van bodemverontreiniging.
  • Overheidsbesluit bodemverontreiniging (SLD – Soil Legal Decision)
    De wettelijke status van de onderzoekslocatie binnen het kader van de aanpak van bodemverontreiniging volgens de Wet bodembescherming (Wbb) of uitvoeren van milieubelastende activiteiten onder de Omgevingswet.

In stappen

Fase 2 van het programma verloopt, net als Fase 1, in stappen (agile). In de periode 2022-2024 worden de standaarden en ketensystemen ontwikkeld. Daarna volgt in de periode 2024 - 2026 het aansluiten van de bronhouders en de migratie van de bestaande gegevens. Het programma stuurt daarbij op maatschappelijke waardecreatie - in lijn met het regeerakkoord. De grootste baten liggen in centrale opslag en ontsluiting van bestaande publieke en private gegevens in de BRO. Deze zijn nu versnipperd over veel organisaties en niet altijd gemakkelijk vindbaar. Daarna volgt het opnemen van de nieuw ingewonnen data.

Planning

De beleidsvoorbereiding voor fase 2 is formeel op 1 mei 2022 gestart met het maken van een gedetailleerd van plan van aanpak voor deze fase. SIKB is hiervoor penvoerder en werkt samen met Geonovum (standaarden), TNO-GDN (realisatie ketensystemen) en Programmabureau BRO (wetgeving, gebruik & baten en communicatie). De daadwerkelijke werkzaamheden zijn gestart op 1 november 2022. De standaarden zijn in juni 2024 opgeleverd.

Planning BRO Fase 2 versie oktober 2024

Standaard SIKB0101 is basis

Bij de standaardisatie van de milieukwaliteit (inclusief PFAS) is het uitgangspunt dat de open uitwisselstandaard SIKB0101-standaard als basis dient voor de ontwikkeling van IMBRO/IMBRO-A standaard. Geonovum en SIKB zetten zich samen met de sector in voor de realisatie van deze BRO-standaarden. TNO Geologische Dienst Nederland realiseert, net als in Fase 1, de benodigde ketenvoorzieningen voor leveringen aan de Landelijke Voorziening BRO, en voor het verstrekken van gegevens.

Implementatie

De softwareleveranciers ondersteunen alle bronhouders bij de implementatie. Neem dus contact met hen op.


Storymap Milieukwaliteit

Over het domein Milieukwaliteit in de BRO is een storymap gemaakt.

Documenten

Documenten als scopedocument, catalogus en uitkomsten van publieke consultaties van Milieukwaliteit zijn te vinden op de BRO Productomgeving.

Lees ook: