BRO: geen waterval, maar olievlek

Het implementeren van de BRO bij de gemeente Haarlemmermeer verloopt geleidelijk, maar gestaag: als een olievlek breidt de BRO zich uit in de ambtelijke organisatie. De eerste leveringen zijn door burgemeester Marianne Schuurmans met een persoonlijke druk op de knop gedaan. Er is een BRO-nieuwsbrief en intranetsite. Ook het tv-programma ‘Wie is de Mol’ wordt aangegrepen om de BRO-ondergrond onder de aandacht te brengen bij de collega’s. BRO-coördinator Thomas van Offeren krijgt er gelukkig alle ruimte voor.

Burgemeester Marianne Schuurmans van Haarlemmermeer levert de eerste gegevens aan de BRO. Links BRO-coördinator Thomas van Offeren.

Haarlemmermeer is een forse gemeente met ruim 150.000 inwoners. De polder is qua oppervlakte zo groot als Texel, en heeft de luchthaven Schiphol binnen haar grenzen. De gemeente kent een voortdurende gebiedsontwikkeling, met enorme woningopgaven en de daarbij behorende groei aan bewoners en bedrijven. Data van de ondergrond en grondwater zijn er genoeg. Inmiddels zitten er 300 sonderingen en 87 grondwatermonitoringputten in de BRO. Daarmee zit de gemeente netjes in de middenmoot.

Thomas van Offeren is in maart 2019 begonnen bij de gemeente, aangesteld om de BRO te implementeren. En om als specialist gegevensmanagement vanuit het cluster de gemeente te helpen de Omgevingswet op te nemen. “Het was in het begin even pionieren. Er was bijvoorbeeld nog geen mandaatbesluit. Ik mocht dus officieel geen gegevens leveren aan de BRO, dat moest de burgemeester doen. Ik heb toen alles netjes klaargezet in het aanleverportaal en haar gewoon gevraagd op de laatste knop ‘doorleveren’ te drukken. Daar werkte ze graag aan mee!”

Aansluiten

Van Offeren is veel in contact met collega’s, vooral bij het Ingenieursbureau van de gemeente dat de opdrachten uitzet: “Andere afdelingen moeten gebruikmaken van de BRO voor hun werk. Dan moeten ze weten dat de BRO er is en dat ze bij mij moeten zijn. Ik ben van oorsprong bestuurskundige en heb ook altijd gezegd: ik heb geen verstand van de ondergrond, wel van data en processen. En ik heb altijd gestreefd naar een duidelijke rolverdeling. Ik heb eerst met collega’s gekeken waar onze werkzaamheden elkaar raken. Bodem en milieuhygiëne is iets anders dan ondergrond bijvoorbeeld, daar ga ik me niet mee bemoeien. Daar moet je elkaar in respecteren. Ook ben ik niet in bestaande processen gaan wroeten. Je kunt beter kijken hoe je kunt aansluiten. Klein beginnen en langzaam uitbreiden. Een olievlekstrategie dus, niet als een waterval de BRO over iedereen uitstorten.”

De koninklijke route

De Koninklijke Route van de BRO in Haarlemmermeer

Als het proces in beeld is, moet je daar ook over communiceren. Van Offeren: “Het was op een gegeven moment makkelijk om een praatplaat te hebben. Om duidelijk te maken aan de collega’s van het ingenieursbureau en externe partijen, wat we van hen wensen. In die plaat, met de naam ‘de koninklijke route’ (zie bijlage, red.), heb ik gezet wie wat doet waar in het proces en wat de volgende stappen zijn. Ik zet dan bijvoorbeeld het aanleverportaal klaar en dan kunnen ze gegevens uploaden. Ik kom dan over een tijdje terug om te valideren. Inmiddels kunnen externe partijen automatisch aanleveren, daarnaast is weleens maatwerk nodig en daar help ik bij. Maar het is helder wat wij de koninklijke route vinden. Zo heb je verwachtingen gemanaged, controle over proces en als het stopt, zie je waar je zit.”

Ingewikkeld

Het ging niet allemaal op rolletjes. “Soms”, zegt Van Offeren, “loop je tegen iets ingewikkelds aan. We hadden op een gegeven moment peilbuizen die van het ene naar het andere ingenieursbedrijf werden overgeheveld. We gaan namelijk een meetnet maken, een heel grid van peilbuizen. De nieuwe partij heeft toen bestaande buizen opnieuw aangeleverd als nieuwe buis. Dat is niet de bedoeling, ook al omdat je zo de historische reeksen niet meer kan koppelen. Dan moet je puzzelen met xml-berichten voor het aanpassen van gegevens. Dat vraagt wel enige studie.”

“Het is ook ingewikkeld om de BRO-modellen goed in 3D te krijgen. Ik kijk graag welke gegevens en modellen beschikbaar zijn voor collega’s in Haarlemmermeer. Ik wil namelijk data ook terugleveren aan de organisatie – om collega’s lekker te maken. Voor een mooie kaart in 3D heb je veel rekenkracht nodig dus dit programma draai ik lokaal op mijn eigen desktop-pc. Daardoor is het lastig die 3D beelden te delen in de GIS-viewer binnen Citrix. Ik ben benieuwd hoe dat bij andere gemeenten wordt gedaan. Als zij daar al enige ervaring in hebben, mogen ze altijd contact met mij opnemen om er collegiaal over te sparren.”

Zichtbaar

Van Offeren gaat graag de organisatie in om te laten zien wat er kan met informatie over de ondergrond. “Ieder kwartaal maak ik een dashboard met een overzicht van de sonderingen en putten en een nieuwsbrief om te laten zien waar we staan met de BRO en wat er kan. Bijvoorbeeld: wat is GeoTOP en wat is Regis? Ik heb ook een intranetpagina. Daarmee laat je zien: o ja, die BRO is belangrijk. Om diezelfde reden heb ik het programma ‘Wie is de Mol’ aangegrepen om een pool te maken. Een mol leeft onder de grond, de BRO is de ondergrond. Zo breng ik de hele organisatie weer in contact met het onderwerp.”

Toekomst

Van Offeren werkt nu aan het invoeren van het meetnet, zodat binnenkort ook de grondwaterstanden aangeleverd kunnen worden. “Ik zorg ervoor dat BRO-clausules in aanbestedingsdocumenten worden opgenomen voor dat nieuwe bureau. Eerst zorgen we ervoor dat de peilbuizen op orde zijn, inclusief de historische data. Vervolgens kunnen we het meetnet invoeren en daarna kunnen we ook de grondwaterstanden aanleveren. De booronderzoeken zijn het moeilijkst, daar moeten we nog aan beginnen. Dat geldt voor nieuwe gegevens, maar ook voor het omzetten van oude gegevens naar de BRO.”

Tips

Van Offeren heeft tips voor andere BRO-coördinatoren.

  1. Laat je zien! Dat is moeilijk met het huidige thuiswerken, maar probeer het toch. Meld je regelmatig zelf bij je collega’s. Benadruk dat je de BRO samen maakt. Bied ook aan daarbij te helpen.
  2. Wees de spin in het web. Ik heb als bestuurskundige bijvoorbeeld geen verstand van de inhoud. Dat is ook niet het vak van BRO-coördinator. Je moet de keten in beeld hebben, helder communiceren met externe partijen en eigen collega’s. Probeer dus niet aan bestaande processen te komen, voeg de BRO in en kijk waar je aan kan haken.
  3. Zorg voor de olievlek. Bijvoorbeeld: eerst sonderingen, dan peilbuizen en daarna boringen. Niet alles tegelijk.
  4. Zorg voor antennes in de organisatie. Dan helpt een nieuwsbrief. In begin is dat spannend en ook al krijg je geen reacties, het blijft altijd wel ergens hangen.
  5. Maak de BRO tastbaar. Zorg voor een site of intranetpagina zodat mensen zelf informatie kunnen terugvinden. En breng de ondergrond tot leven met bijvoorbeeld een mooie 3D print.