Inhoud tranche 4 bekend
De inhoud van Tranche 4 van de BRO is vastgesteld door de Programmastuurgroep. Daarnaast is ook gekeken naar de inhoud van de andere tranches. Daarin zijn enkele wijzigingen aangebracht.
Medio oktober heeft de BRO Programmastuurgroep het scopevoorstel voor Tranche 4 goedgekeurd. De inzet is dat we in tranche vier nieuwe registratieobjecten realiseren:
- Model Grondwaterspiegeldiepte
- Locatie mijnbouwwerken
- Grondwaterproductiedossier
- Grondwatergebruikssysteem (incl. WKO)
Daar komt wellicht Grondwatergebruiksvergunning nog bij.
Daarnaast vullen we in deze tranche een aantal registratieobjecten uit tranche 2 en 3 aan en zal het registratieobject mijnbouwwetvergunning, waarvan EZK bronhouder is, aangepast worden.
Tranche 1:
- Mijnbouwwetvergunning – aanpassen
Tranche 2:
- Bodemkaart aanvullen met profielen
Tranche 3:
- Geologische boormonsterbeschrijving gebaseerd op NEN5104 aanvullen met Geologische boormonsteranalyse en IMBRO/A
- Geologische boormonsterbeschrijving gebaseerd op NEN14688 afleiden uit Geotechnische boormonsterbeschrijving
- Grondwaterstandonderzoek aanvullen met onder meer drukmetingen in dijklichamen, sensoren stedelijk waterbeheer
- Grondwaterstandsonderzoek of Grondwatersamenstellingsonderzoek (beiden T3) aanvullen met formatieweerstandonderzoek (voorheen zoutwachtermetingen genoemd).
Het team Standaardisatie gaat nu aan de slag om een (bijgewerkt) scopedocument op te stellen voor alle onderdelen. De programmastuurgroep zal in 2020 besluiten over de uiteindelijke scope. Inwerkingtreding is gepland op 1 januari 2022.
BRO vordert gestaag
De opbouw van de Basisregistratie Ondergrond vordert gestaag. Van de voorziene vier tranches is Tranche 1 inmiddels geïmplementeerd, Tranche 2 is klaar voor implementatie per 1 januari 2020. Voor Tranche 3 wordt de laatste hand gelegd aan de standaardisatie- en afstemmingstrajecten.
Wijziging planning
Onder andere de vastgestelde inhoud van tranche 4 heeft gevolgen voor de inhoud van de andere tranches. Het betreft een aantal kleine wijzigingen zoals een registratieobject waar een uitbreiding aan is toegevoegd. Zo'n registratieobject wordt aangeduid met '1' of '2'. Bijvoorbeeld: 'geotechnische boormonsteranalyse 1' en 'geotechnische boormonsteranalyse 2'.