Afwegingskader klimaatadaptieve gebouwde omgeving gelanceerd

Gepubliceerd 11 april 2024

Waar en hoe kan het beste klimaatadaptief gebouwd worden? Het Ruimtelijk afwegingskader klimaatadaptieve gebouwde omgeving wil daar handvatten voor bieden. Minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) stuurde het afwegingskader onlangs naar de Tweede Kamer. Klimaatadaptief bouwen is een uitwerking van het principe ‘water en bodem sturend’.

Iedereen die werkt aan en met de BRO is vaak al gewend om bodem- en grondwaterdata in te zetten bij planvorming en gebiedsontwikkeling. In de Kamerbrief van 2022 en in de Contourennotitie voor de nieuwe Nota Ruimte is vastgelegd dat water en bodem sturend zijn bij te maken ruimtelijke keuzes. Nog niet alle overheden kunnen hier handen en voeten aan geven. Daarom heeft het ministerie van IenW een Ruimtelijk afwegingskader klimaatadaptieve gebouwde omgeving gemaakt. Dit bestaat uit kaarten, een beslisboom, toelichting bij het instrument, informatie over het handelingsperspectief en informatie over het verdere proces.

Overstroming van de Maas

Minister Harbers: “Steeds vaker zien we dat ons water en onze bodem tegen grenzen aan lopen. Denk aan de drinkwaterbedrijven die de noodklok luiden omdat genoeg drinkwater in 2030 niet vanzelfsprekend is. En denk aan bodemdaling, wat leidt tot schade aan wegen of woningen en tot extra beheerkosten bij gemeenten. Klimaatverandering verergert deze problemen. Daarom heeft het kabinet besloten om bij de inrichting van ons land meer rekening te houden met water en bodem. Het nieuwe kaartmateriaal helpt daarbij. Hierdoor kunnen overheden de risico’s van elk gebied in Nederland zien, en meenemen bij de locatiekeuze en uitwerking van hun bouwplannen."

Afwegingskader

Het principe water en bodem sturend is uitgewerkt in 33 structurerende keuzes: keuzes die een belangrijke invloed hebben op de inrichting en ontwikkeling van een gebied. De volgende structurerende keuze voor bebouwd gebied is de basis voor het afwegingskader: ‘We maken de risico’s van overstromingen, wateroverlast, bodemdaling en drinkwaterbeschikbaarheid sturend bij de locatiekeuze voor bouwontwikkelingen, maar ook het ontwerp en inrichting op de gekozen locatie.’

Gecombineerde sturingskaart

Met het Ruimtelijk afwegingskader klimaatadaptieve gebouwde omgeving wil het ministerie van IenW handvatten bieden om datagedreven te werken aan bouwontwikkelingen. Het afwegingskader geeft meer duidelijkheid over waar er gebouwd kan worden door per locatie de risico’s te tonen op het gebied van waterveiligheid, wateroverlast, bodemdaling en drinkwater.

Kansen en risico’s in beeld

Er is op basis van bestaande data een aantal kaarten gemaakt die ook gecombineerd kunnen worden tot 1 kaart. De kaart laat zien dat er bijna overal in Nederland nog gebouwd kan worden, maar geeft ook de risico’s aan. Zo zullen op bepaalde locaties meer maatregelen moeten worden getroffen om daar te bouwen op zo’n manier dat het er ook in de toekomst met een ander klimaat nog goed wonen is. Dat geldt bijvoorbeeld in de kustprovincies of langs de rivieren en beekdalen. Dat kan komen doordat de bodem slap is, door een grote kans op wateroverlast of door meerdere risico’s samen. In algemene zin geldt dat hoe risicovoller de locatie, hoe meer kennis en middelen nodig zijn om klimaatbestendig te bouwen.

Het Rijk heeft eerder ook een maatlat  ontwikkeld, die duidelijk maakt hoe er klimaatbestendig kan worden gebouwd. En de BRO maakte een handreiking 'Hoe gebruik ik bodeminformatie bij klimaatadaptatie'.

Maatlat klimaatadaptief bouwen

Datagedreven kiezen

Het afwegingskader is bedoeld voor heel Nederland, met uitzondering van de uiterwaarden en het buitendijkse IJsselmeergebied. Voor deze gebieden geldt al nationale regelgeving voor het bouwen. De kaarten geven overigens geen volledig overzicht van alle geschikte bouwlocaties.  Het blijft zinvol om zoveel mogelijk relevante data te combineren en datagedreven te kiezen. Zo kunnen bijvoorbeeld geen bouwvergunningen verleend worden in Natura 2000-gebieden, die momenteel wel groen kleuren op de sturingskaart in het afwegingskader. En als je in het kader van de energietransitie kiest voor bodemenergie, dan moet de bodem daar wel geschikt voor zijn.

Het kabinet heeft nog niet besloten of en hoe er een verplichting komt om dit instrument te gebruiken bij het proces rond locatiekeuzes.