3D ondergrondinformatie helpt bij zandwinning en windenergie op zee
Ondergrondinformatie helpt ook bij het maken van beleidskeuzes voor zandwinning en aanleg van windmolenparken in zee. Dat blijkt uit een praktijkproef met Rijkswaterstaat, waarin er een afweging gemaakt moest worden tussen zandwinning en windenergie voor de kust van IJmuiden. Het kan allebei, maar 3D-inzicht in de ondergrond helpt om tot werkbare oplossingen te komen.
Nederland heeft zand nodig voor onder meer de woonopgave, de aanleg van infrastructuur, dijkversterkingen en kustverdediging. Vroeger haalden we grote hoeveelheden zand uit zandwinningsplassen en de grote rivieren. Inmiddels is zand dat op land kan worden gewonnen, schaars. Daarom wordt zandwinning op zee steeds belangrijker.
Kust IJmuiden
Eén van de gebieden waar de voorraad zand beperkt is, is de kust voor IJmuiden. Dit gebied wordt druk bevaren. Ook is er een windmolenpark verrezen en zijn er gebieden aangewezen voor toekomstige windmolenparken. Voor de kabel die in de toekomst van Windmolenpark 'Hollandse Kust West' naar de kust gaat lopen, zijn vier mogelijke tracés op de kaart gezet. Het kan niet anders dan dat het toekomstige kabeltracé de strook snijdt die in principe voor zandwinning is gereserveerd.
Praktijkvoorbeeld
Een proef werd gedaan in het praktijkvoorbeeld Ruimtegebruik Noordzee. Het praktijkvoorbeeld is uitgevoerd door het programma BRO en Rijkswaterstaat Zee en Delta en zij betrokken daarbij experts van Arcadis, Geodan en GEOCAP.
Het beeldverhaal (storymap) dat van dit praktijkvoorbeeld gemaakt is, maakt de samenhang tussen de verschillende ruimtelijke functies inzichtelijk en geeft een goed zicht op de locatie en grootte van geschikte volumes zand. De verschillende gebruiksfuncties van de Noordzee zijn op de kaart gezet en de ondergrond is 3D in kaart gebracht. Te zien is dat de ondergrond van de Noordzee variabeler van samenstelling is dan vaak wordt gedacht.
Ondergrond 3D in beeld
Door zorgvuldig de tracékeuze van nieuwe aanlandingskabels af te wegen, kan het effect op de winbaarheid van zand wellicht geminimaliseerd worden. Bijvoorbeeld door van tevoren te verkennen waar zich eventuele klei- of veenlagen bevinden. En hoe dieper een eventuele klei- of veenlaag zit, hoe meer zand er in principe op de locatie gewonnen kan worden. Ook kan gekeken worden naar het deels verdiept aanleggen van kabels om kostbaar zand te omzeilen. Hier biedt 3D ondergrondinformatie waardevolle input voor de afwegingen.
Zo faciliteert een gezamenlijk beeld van hoe het er boven én onder de zeebodem uitziet, het gesprek tussen vertegenwoordigers van verschillende belangen.