Bodemverontreiniging in de BRO: stap-voor-stap-proces

Gepubliceerd 18 februari 2019

In hoeverre kan het Programma BRO worden uitgebreid met bodemverontreinigingsgegevens? Dat is gevraagd in een motie in de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken eind vorig jaar. In antwoord op Kamervragen geeft minister Ollongren aan dat er een stap-voor-stap-proces is gestart om te onderzoeken of dit haalbaar is en wat de gevolgen zijn. Ambitie is om het stappenproces deze zomer afgerond te hebben om tot besluitvorming te komen, inclusief planning voor de realisatie.

De ‘stap-voor-stap’ benadering wordt standaard uitgevoerd bij elke voorgestelde wijziging van het programma. In deze stappen wordt bepaald wat de exacte inhoud en de impact is van de wijziging. En het programma stelt een businesscase op met daarin een kosten-baten analyse om vooraf inzicht te krijgen in de consequenties voor het programma. De minister voorziet al wel dat positieve uitkomst van het onderzoek zal leiden tot een uitbreiding van het budget en de duur van het programma. Dit komt door de omvang en impact van het opnemen van informatie over alle bodemverontreinigingen.

De resultaten van het haalbaarheidsonderzoek worden vervolgens voorgelegd aan de Programmastuurgroep BRO, waarin het werkveld vertegenwoordigd is. Leden komen van de ministeries van BZK, EZK, LNV en IenW, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de Unie van Waterschappen, het Interprovinciaal Overleg, Rijkswaterstaat, TNO Geologische Dienst Nederland, Wageningen Environmental Research, de Vereniging Waterleidingbedrijven Nederland en Netbeheer Nederland.

Deze Programmastuurgroep BRO adviseert minister Ollongren op basis van een gedragen advies. De minister kan dit gebruiken om tot besluitvorming te komen.

Waarom bodemverontreiniging nog niet in de BRO?

Bodemverontreinigingen zijn in het Programma BRO niet opgenomen en dit zat ook niet in de planning. Deze keuze is in 2013 gemaakt door de toenmalige stuurgroep, omdat de opgave voor het harmoniseren van de data die daarmee gemoeid was, ingewikkeld bleek te zijn. In 2015 was er zicht op een initiatief (genaamd BIDON) tussen netbeheerders en de overheid, waarmee een eerste stap gezet zou worden naar standaardisatie en harmonisatie van bodemkwaliteitsgegevens. In 2018 is het initiatief helaas gestaakt omdat de betrokken partijen geen consensus konden bereiken over het verdere proces en de bijbehorende financiering.