Milieukwaliteit algemeen
Een belangrijk doel is verbetering van de huidige processen in het domein milieukwaliteit door het tegengaan van fragmentatie van gegevens milieukwaliteit en verbeteren van het hergebruik van beschikbare gegevens. Daarnaast staan de gegevens milieukwaliteit ter beschikking voor gebruik voor andere doeleinden.
Bronhouders zijn in de regel bestuursorganen zoals gemeenten, provincies, waterschappen en Rijkswaterstaat. De wet Bro legt op dit moment alleen bestuursorganen lever- en gebruiksplicht op als bronhouder en afnemer.
Voor BRO Milieukwaliteit wordt gekeken of ook beheerders van ondergrondse netwerken (water, energie, telecom) kunnen worden aangewezen als bronhouder. Dit vraagt een aanpassing van de Wet Bro, dus zo ver is het nog niet
De bronhouder is de instantie die de ‘eigenaar’ van de data is. De bronhouder is verantwoordelijk voor de aanlevering en gebruik van de data en voor verwerking van terugmeldingen. Kijk voor meer informatie hierover bij de BRO-rol Bronhouder.
Particuliere milieutechnische bodemonderzoeken vallen onder de BRO zodra dat onderzoek in het kader van een wettelijke procedure, bijvoorbeeld een omgevingsvergunning, wordt ingediend bij een overheid. Die overheidsinstantie is dan de bronhouder en de data valt dan onder het BRO-domein Milieukwaliteit.
Onderzoeken en data die alleen worden gedeeld tussen private instanties en/of particulieren, vallen niet onder de BRO. Het gaat dan om bijvoorbeeld onderzoeken in het kader van de aankoop van een locatie. Deze onderzoeken hoeven niet bij de overheid worden ingediend en vallen dan ook buiten de scope van de BRO.
Ja. Ook data van onderzoeken waarover de overheid vanuit haar rol als bevoegd gezag beschikt, moeten aangeleverd worden bij de BRO. De reikwijdt is dus niet beperkt tot onderzoeken die alleen in opdracht van de bronhouder zijn uitgevoerd. Er wordt daarbij onderscheid gemaakt tussen bestaande en nieuwe data.
Voor de al bestaande data (IMBRO/A) is afgesproken dat onderzoeken ‘as is’ worden opgenomen in de BRO. Als van die bestaande data geen boorprofielen bekend zijn, zal er geen verplichting komen om deze met terugwerkende kracht toe te voegen aan de BRO.
Voor nieuwe data, dus toekomstige onderzoeken milieukwaliteit, (vanaf het moment van inwerkingtreding IMBRO) vormen boorprofielen onderdeel van de BRO. Ook als de bronhouder geen opdrachtgever is, maar vanuit de rol van bevoegd gezag over de gegevens beschikt.
Dat is nog niet bekend. De komende maanden wordt de precieze inhoud van de registratieobjecten uitgewerkt.
Nee, dit kan per definitie niet het geval zijn. De bronhouder is namelijk verantwoordelijk voor de juistheid van de aangeleverde data. Het is nog niet bekend of de conclusies van een adviesbureau onderdeel gaan vormen van de BRO. De komende maanden wordt de precieze inhoud van de registratieobjecten uitgewerkt.
Ja. Dat wil zeggen dat bestaande milieugegevens (IMBRO/A) na datum in werking treden gedurende een nader vast te stellen periode kunnen worden aangeleverd. Voor IMBRO zal de bronhouder mettertijd de gegevens (het brondocument) binnen een wettelijk vastgestelde termijn van twintig werkdagen aanleveren, zie artikel 9 van de wet Bro.
De BRO voorziet in diverse mogelijkheden voor het afnemen van gegevens via API’s. Ook is het mogelijk om gegevens bij PDOK uit de BRO op te vragen. Dat zal ook mogelijk worden voor het domein Milieukwaliteit. Het DSO zou afnemer van BRO-gegevens kunnen worden, als dit past in de gebruiksscenario’s voor de landelijke voorziening van het DSO.
Uitgangspunt is de al bestaande SIKB0101. Dit is de open standaard binnen het domein Milieukwaliteit. Tijdens de standaardisatiewerkzaamheden zullen nadere details uitgewerkt worden passend binnen de bestaande architectuur van de BRO. Het gaat daarbij over de in de BRO op te nemen gegevens en de wijze van aanleveren, aanvullen, corrigeren en afnemen.